Gehandicaptenparkeerkaart
Wat is het?
Met een gehandicaptenparkeerkaart kunt u parkeren op de gehandicaptenparkeerplaatsen in alle EU-landen, Liechtenstein, Noorwegen, IJsland en Zwitserland. U moet zich wel houden aan de lokale parkeerregels.
Er zijn 3 soorten kaarten.
Bestuurderskaart
- U kunt minstens een half jaar niet verder dan 100 meter zelfstandig lopen. Ook niet met hulpmiddelen, zoals een stok of krukken.
- U kunt zelf auto rijden.
Passagierskaart
- U kunt minstens een half jaar niet verder dan 100 meter zelfstandig lopen. Ook niet met hulpmiddelen, zoals een stok of krukken.
- U kunt niet zelf auto rijden. U heeft continu de hulp van een bestuurder nodig.
U kunt ook een combinatie van een bestuurderskaart en een passagierskaart aanvragen. Bijvoorbeeld als u blijvend in een rolstoel zit.
Instellingenkaart
Het bestuur van een instelling waar mensen met een beperking verblijven, kan voor het vervoer van de bewoners een gehandicaptenparkeerkaart aanvragen.
Hoe werkt het?
Om te bepalen of u in aanmerking komt voor een gehandicaptenparkeerkaart, is een onafhankelijk geneeskundig onderzoek noodzakelijk, aan de hand van medisch advies wordt besloten of u in aanmerking komt voor een kaart. Hieraan zijn kosten verbonden.
Wat moet ik doen?
- U vraagt een gehandicaptenparkeerkaart aan bij een van de Zorginformatiepunten in de diverse kernen. Kijk hier voor de locaties en openingstijden. Het Zorginformatiepunt is dagelijks telefonisch bereikbaar (0546) 481 456.
- Een medische instantie onderzoekt uw lichamelijke beperking. De gemeente bepaalt welke instantie dit doet.
- Aan een gehandicaptenparkeerkaart zijn kosten verbonden.
Wat heb ik nodig?
- Uw geldige identiteitsbewijs
- Een recente pasfoto die voldoet aan de pasfoto-eisen
- Bewijs van medisch onderzoek
- Evt. een kopie van het kentekenbewijs en bij verlenging een kopie van uw huidige gehandicaptenparkeerkaart